Webinar: ‘Level up’ Met Axiell Collections 2.0

Webinar: ‘Level up’ Met Axiell Collections 2.0

Registreer nu!

V-smart inzichten maart 2025: Openheid in de praktijk – enkele Iguana-toepassingen

In deze blog vindt u artikelen over enkele aspecten van Iguana die de openheid van de applicatie en de brede inzetbaarheid ervan illustreren. Dit zijn

  • De koppeling met kalenders van o.a. Google en Microsoft (via een protocol dat iCalendar heet)
  • Aanvragen uit magazijn, materialen boeken en uitlenen per uur
  • De ondersteuning van de WCAG-richtlijnen en het gebruik van speech readers en tools voor schermvergroting.

 

 

 

Stel dat je volgende week donderdag een lezing wil bijwonen die door de bibliotheek in Iguana als activiteit wordt aangeboden, hoe krijg je die activiteit dan in je Outlook-kalender of in de kalender van Google? Ruimer geformuleerd: hoe neem je activiteiten in Iguana op in de kalender waarmee de klant vertrouwd is?

Iguana ondersteunt de mogelijkheid een kalender te beheren. Activiteiten uit die kalender kunnen ook worden geëxporteerd naar externe kalenders zoals die van Google en Microsoft. Dat linken kan op basis van ofwel een URL, ofwel een bestand. De mogelijkheden van de externe kalender bepalen welke optie(s) wordt(/en) gebruikt.

 

Ondersteunde kalenders

Ondersteund worden o.a. de kalenders van

  • Google
  • Outlook
  • Outlook Web
  • Office
  • Office365

 

Hoe “krijgt” de klant een activiteit in “zijn of haar” kalender?

Als opname in een externe kalender wordt aangeboden, zijn er dus in wezen twee opties: via een URL of via een (ICS-)bestand. In beide gevallen dienen er één of meerdere links te worden toegevoegd aan de activiteit. Er zijn meerdere manieren waarop dit kan, Axiell kan u hierbij helpen.

Bij de URL-optie wordt bij een activiteit (per kalender) een URL opgenomen. Als de gebruiker op de URL klikt wordt de activiteit automatisch opgenomen in de gekozen kalender, bijv. die van Outlook. Echter, omdat de URL per externe kalender verschilt (hij is bijv. anders bij Google Calendar dan bij Outlook) moeten er meerdere links worden opgenomen (eentje voor Outlook, eentje voor Google Calendar, etc.).

De optie “ICS-bestand” heeft dat nadeel niet. Omdat die optie gebruik maakt van een wijd gebruikt protocol (iCalendar) is deze gelijk voor alle externe kalenders die dat protocol ondersteunen. De optie heeft echter wel als nadeel dat de import in de kalender manueel moet gebeuren; de manier waarop dat gebeurt verschilt per kalender.

 

Een voorbeeld

De schermafdruk (van de Bibliotheek van Cambrai [in Frankrijk]) toont hoe zoiets eruit kan zien: de export-links staan onderaan. De taal is Frans.

Beperkingen en vereisten

Activiteiten die in de Publiceermodule van Iguana gedefinieerd zijn kunnen op de hier beschreven manier worden gelinkt. Die werkwijze geldt dus niet voor bijv. pagina’s.

De optie vereist een recente versie van de onderliggende database (Caché of Iris), wa

t op zijn beurt vereisten kan stellen aan de versie van het gebruikte Operating System (doorgaans Windows of Linux); dit zal echter zeer zelden een probleem vormen.


 

 

Het V-portfolio maakt het aanvragen uit magazijn mogelijk: de functionaliteit is ingebed in Iguana en V-smart beschikt over een aanvraagmodule.

Voor materiaal dat niet beschikbaar is via de open uitlening, kunnen leners “aanvragen” indienen die dan door personeel (uit “magazijn”) worden opgezocht en afgeleverd. Eén van de belangrijkste aspecten van magazijnaanvragen is dat “afleveren” van de aanvraag bij een servicebalie die het meest geschikt is in relatie tot de locatie van het materiaal.

Afhankelijk van de locatie van het materiaal, kan de levertijd worden gemeten in minuten, uren of dagen. Een andere belangrijke taak van het systeem is inzicht geven in verwachte levertijden.

Het materiaal wordt afgeleverd bij een geschikte locatie, ofwel om daar afgehaald te worden door de lezer ofwel om naar een specifieke tafel in een “leeszaal” gebracht te worden.

Afhankelijk van het bibliotheekbeleid mag materiaal op de reguliere wijze geleend en meegenomen worden of mag het alleen in de bibliotheek worden geraadpleegd. In het laatste geval kan het systeem ermee omgaan dat dezelfde lener het materiaal op opeenvolgende dagen wil raadplegen, terwijl er een wachtrij is van andere lezers.

Ook stelt het systeem de lener in staat de status van zijn aanvraag te volgen en kan het hem automatisch en onmiddellijk informeren wanneer het materiaal bijvoorbeeld klaarstaat om afgehaald te worden.

Niet alleen is de levering van materiaal op deze wijze mogelijk, het proces moet ook beheersbaar zijn. Bijvoorbeeld: als de bezetting van een servicebalie impliceert dat er maar een x aantal aanvragen per dag verwerkt kunnen worden, dan moet het systeem het aantal aanvragen dat hier geplaatst wordt kunnen beperken. Er moet ook ruimte zijn voor noodgevallen: wanneer bijvoorbeeld de bestelbus (bij levering uit een extern “ver weg” magazijn) problemen heeft moet het plaatsen van aanvragen tijdelijk onderbroken kunnen worden omdat snelle levering dan niet mogelijk is.

De bibliotheekmedewerker krijgt een verwittiging van de aanvraag en kan het exemplaar vanuit het magazijn transporteren naar de locatie waar de lener het wil inkijken. De bibliotheekmedewerker kan het transport van het exemplaar van het magazijn naar de locatie, en omgekeerd, opvolgen. De lener krijgt dan weer een verwittiging als het exemplaar in de locatie is aangekomen. Indien gewenst kan er (per lenerscategorie en per vestiging) een kost worden aangerekend aan de lener.

Tenslotte. Alhoewel het systeem ontworpen is om het plaatsen en leveren van aanvragen zo gedetailleerd mogelijk te beheren, is er ook een eenvoudige configuratie mogelijk.

 

Materialen boeken

De workflow om materialen te boeken komt enigszins overeen met het bekende boeken van een vliegtuigstoel (luchthaven, vlucht, datum, tijd, stoel, bagage). In het geval van een materiaalboeking in Iguana komt dat neer op het aangeven van

  • Gewenste materialen
  • Vestiging
  • Datum
  • Tijd (denk bijv. aan: per uur, per dagdeel)

Datum en tijd kunnen zowel precies als “min of meer” worden gedefinieerd (dat laatste betekent: “in de buurt van” mijn keuze is ook goed).

Kortom, de klant kiest eigenlijk waar (locatie) en wanneer (nu of in de toekomst) zij/hij het materiaal wil inzien.

De materialen die de klant daar en dan beschikbaar wil hebben kunnen ook “niet-gecatalogiseerd” zijn (als bijv. niet alle materialen in het magazijn beschreven zijn in de collectie). Bij niet beschreven materialen voert de klant gegevens als titel, auteur en ISBN in via een specifiek daarvoor beschikbaar formulier (bereikbaar vanuit de “Mijn Bibliotheek”-optie).

De boeking kan ook niet-boek-materialen als kaarten of tijdschriften betreffen en tevens allerlei hardware als projectoren en afspeelapparatuur.

 

 

Bruikbaarheid voor een bewaarbibliotheek

De bruikbaarheid voor bewaarbibliotheken blijkt zowel uit de klantenkring als uit specifieke producten en modules (magazijnaanvragen en Iguana DAM).

Er zijn vele bibliotheken met een bewaarfunctie die ons productportfolio gebruiken. Dit omvat zowel openbare als wetenschappelijke bibliotheken. Soms geldt de bewaarfunctie alleen voor een onderdeel van een grotere collectie. Er zijn voorbeelden in vele landen. Wij noemen er enkele opvallende:

  • Zeeuwse Bibliotheek, die naast zijn openbare-bibliotheekfunctie ook een Zeeuwse collectie beheert
  • Mediathèque de Grand Troyes, die naast een boekencollectie ook o.a. films, kranten, postkaarten, manuscripten en afbeeldingen beheert; bijzonder belangwekkend hierbij is dat de bibliotheek ook de zeer waardevolle Middeleeuwse collectie van de bibliotheek van de abdij van Clairvaux beheert
  • ARCHIBALD (ARCHives of Belgian Art – Letters and Documents) van KMSKB, een archief over kunst (met ook digitale toegang tot bijvoorbeeld brieven tussen kunstenaars)
  • ISB Kennisbank, een kleine toepassing die alleen maar digitale / gedigitaliseerde materialen aanbiedt

en diverse andere.


 

 

 

 

De norm en de praktijk

Axiell volgt bij het ontwikkelen van gebruikersinterfaces, in het bijzonder als deze door klanten van de bibliotheek worden gebruikt, de internationale standaard WCAG (versie 2.0), waarop de meeste lokale standaarden en richtlijnen gebaseerd zijn. Dit is ook het geval voor “webrichtlijnen versie 2“ (https://www.accessibility.nl/kennisbank/webrichtlijnen2): “De toegankelijkheidsspecificatie WCAG 2.0 is integraal opgenomen in dit document.” staat op de vermelde site.

Dit is met name van belang voor gebruikers met een functiebeperking.

Het onderliggende principe noemen wij: applicaties moeten “Bruikbaar & Toegankelijk zijn in het echte leven”. Hiermee bedoelen we dat wij toegankelijkheid niet alleen “theoretisch” benaderen, d.w.z. door de implementatie van normen, standaarden en richtlijnen (denk aan bijv. WCAG2, niveau AA) in onze software. Wij willen in de praktijk toegankelijke en bruikbare software opleveren. Om dit te realiseren hebben wij samen met een aantal blindenbibliotheken aan het testen en verbeteren van zowel front-end als back-end gewerkt.

 

De norm: WCAG 2 niveau AA

WCAG staat voor “Web Content Accessibility Guidelines” en wordt beheerd door W3C (World Wide Web Consortium). In wezen is WCAG een set richtlijnen om webcontent toegankelijk (“accessible”) te maken, niet alleen voor mensen met een functiebeperking, maar ook voor “user-agents” zoals bijv. mobiele apparaten.

WCAG2 is ook een ISO-norm en heeft drie niveaus van conformiteit: A, AA en AAA (wat min of meer overeenkomt met “must have”, “should have” en “nice to have”). Axiell hanteert bij zijn ontwikkelingen niveau AA, vooral omdat niveau AAA doorgaans niet van toepasssing of niet haalbaar is: “It is not recommended that Level AAA conformance be required as a general policy for entire sites because it is not possible to satisfy all Level AAA Success Criteria for some content” (van http://www.w3.org/TR/WCAG20/#conformance-reqs [sectie in vet door ons]).

 

De praktijk: het echte leven

Echter, uit onze ervaring blijkt dat er een groot verschil is tussen het naleven van een norm en de dagdagelijkse praktijk (“het echte leven”). Axiell is leverancier van de back-office systemen van (de) Nederlandse, Zwitserse, Belgische en Engelse Blindenbibliotheken, die doorgaans de dienstverlening voor blinden, slechtzienden en dyslectici beheren. Bij de (Duitstalige) Zwitserse en Engelse blindenbibliotheken leveren wij ook de front-office (de website(s)) met Axiell-software (i.c. Iguana); bij andere wordt een website gevoed met informatie die afkomstig is uit V-smart.

(Het bovenstaande – niet alleen de norm, maar ook de praktijk – houdt ook in dat onze oplossingen ontwikkeld zijn in samenwerking met Blindenbibliotheken en getest zijn door blinden en slechtzienden, waarbij vooral gebruikt gemaakt werd van de volgende assistieve middelen: Jaws (screen reader), ZoomText (screen magnifier) en NVDA (screen reader).

De uitdagingen bij deze materie zijn veelvuldig: niet alleen gebruiken klanten meerdere browsers, ze gebruiken ook meerdere versies van die browsers en meerdere versies van de hulpmiddelen (bijv. versies van JAWS). Dit leidt tot tientallen permutaties, die jammer genoeg allemaal ook nog eens ander gedrag vertonen.

Alle wijzigingen die Axiell hierbij voor klanten uitvoert, worden (automatisch) opgenomen in een volgende versie.

Voor dyslextici zijn aparte functies ontwikkeld.

 

Twee principes: bruikbaar & toegankelijk

WCAG houdt zich bezig met de zogenaamde “accessibility” (toegankelijkheid).  Wij implementeren hiernaast echter ook een verwant principe, “usability” (bruikbaarheid), – altijd vanuit de praktijk en in overleg met (blinden-)bibliotheken.

“Accessibility” is in wezen de “technische” conformiteit met een aantal standaarden, – primair zijn dat de WCAG 2.0-richtlijnen van W3C. “Web accessibility means that people with disabilities can use the Web. More specifically, Web accessibility means that people with disabilities can perceive, understand, navigate, and interact with the Web, and that they can contribute to the Web. Web accessibility also benefits others, including older people with changing abilities due to aging.” (van http://www.w3.org/WAI/intro/accessibility.php). Accessibility beantwoordt de vraag “is the site barrier free?”

“Usability” is daarentegen: hoe makkelijk, efficiënt en intuïtief kan een applicatie worden gebruikt. Usability biedt een antwoord op de vraag “is the site user friendly?” Een site kan toegankelijk zijn, maar niet bruikbaar, – en vice versa. Uiteraard dragen beide in hoge mate bij aan de “tevredenheid van de klant”.

Accessibility en Usability zijn beide onderdeel van onze ontwikkelprincipes en passen ook in ons breder streven interfaces op maat mogelijk te maken, – voor blinden en slechtzienden, maar ook voor (bijvoorbeeld) kinderen en klanten van andere leeftijdscategorieën, vreemdtaligen, klanten die in een bepaalde buurt wonen, enzovoort.

 

Twee oplossingen

In grote lijnen stellen wij (in Iguana) twee oplossingen voor:

  • designs specifiek voor slechtzienden (denk hierbij aan witte letters op een zwarte achtergrond of aan zwarte letters op een amberkleurige achtergrond, i.p.v. zwarte letters op een witte achtergrond)
  • algemene toegankelijkheid voor blinden (in alle designs).

Van beide kunt u hierna voorbeelden bekijken.

 

Certificeren en auditen

Een aantal bibliotheken heeft zijn website laten certificeren (WCAG2, Drempelvrij) of laten auditen door externe partijen. Op basis daarvan is soms de Axiell-software weer aangepast.

Certificeren leidt (mits “OK” uiteraard) tot een certificaat, waarin is opgenomen wat er getest is (bijv. de conformiteit van site X met WCGA 2.0 – AA) en hoe dat is uitgevoerd (bijv. met welke “assistive technologies” er getest is, bijv. met JAWS en ZoomText).

Auditen is doorgaans een lichtere variant en leidt niet tot een certificaat, maar (“alleen”) tot een rapport met bevindingen en aanbevelingen.

Belangrijk hierbij is ook: niet de software wordt gecertificeerd, maar een website, of m.a.w. niet alleen de software moet voldoen aan de nodige regels, ook de implementatie daarvan in een website moet dat doen – een website omvat nl. niet alleen die software, maar ook de parametrisering daarvan, de content, eventueel ook lokale / extra toepassingen, enz. Bij elk van die onderdelen moeten usability & accessibility worden verzekerd.

Verder bouwend hierop: ook de bibliotheek heeft een (grote) verantwoordelijkheid in het opleveren van een site die toegankelijk en bruikbaar is, al was het maar omwille van het feit dat de bibliotheek de partij is die het overgrote gedeelte van de content toevoegt.

 

Screen shot 1: wat een blinde “ziet” (hoort) als hij toegang krijgt tot deze pagina  (de tekst in grote letters is de weergave van het blauwe kader linksboven).

Screenshot 2: wit en amber op een zwarte achtergrond – een voorbeeld van een profiel voor slechtzienden

Screenshot 3: de integratie van een online player, die blinden in staat stelt het boek online te beluisteren (website: SBS, de Duitstalige Zwitserse Blindenbibliotheek).

Screenshot 4: een site van SBS (Zwitserse Blindenbibliotheek), specifiek voor dyslectici (vandaar bijv. het belang van de “autocomplete” die op dit scherm zichtbaar is: zoektermen worden automatisch aangevuld en gecorrigeerd).

 

Abonneer u nu op onze maandelijkse nieuwsbrief